![]() |
Marjet Maks heeft deze familiekroniek echter niet geschreven om te pronken met de beroemde
schilder of om haar overgrootvader Cees Maks alsnog een plaats te geven in de architectuurgeschiedenis.
Het verhaal begint met de Duitse immigrant David auf der Masch (1764-1841)
uit de omgeving van Osnabrück, die in 1784 te voet naar Amsterdam trekt. Ondanks de
ellende van de Napoleontische oorlogen weet hij zich daar goed te redden als bakker. Veel
sociale mobiliteit was er niet in Amsterdam. Ook zijn kinderen waren kleine middenstanders
die heel hard moesten werken. En het leven in de toenmalige stad eiste zijn tol; David
werd oud, maar toen hij stierf had hij twee kinderen en twaalf kleinkinderen verloren. Juist
die hoge sterftecijfers maakten de constante stroom van immigranten onmisbaar.
De kleinzoon van David, Cees Maks (1847-1912), werd echter een succesvol ondernemer.
Hij had de economische wind dan ook in de zeilen. Als jonge man maakte hij volop
gebruik van de mogelijkheden die er waren in het opbloeiende Amsterdam. Zo komt er
tegelijk wat vaart in het verhaal. Zijn broer slaagde eveneens in de aannemerij en diens
zoon, de schilder, kon het zich al permitteren om op de zak van zijn vader te leven. Pa
bouwde in 1898 zelfs een atelier voor hem en zijn vriend Breitner, Prinseneiland 24 A en B.
Daarna gaan de Maksen tot de gegoede middenstand behoren. Bob Maks (1880-1957), de
zoon van Cees en de opa van de schrijfster, wordt handelaar in tabak en verdient daar
flink mee. Hij trouwt met Mies Verschuur, die uit een welvarende familie van edelsmeden
en diamantslijpers komt. De harde tijden zijn dan voorgoed voorbij, Bob en zijn vrouw hebben
een aangenaam modern bestaan. Daar eindigt deze Amsterdamse familiekroniek,
want de schrijfster vindt het nog te vroeg om haar ouders en de kleinkinderen van Bob te
portretteren.
Het is voor de lezer niet altijd makkelijk om alle broers en neven Maks uit elkaar te houden,
maar het is toch een boeiend verhaal geworden, tegen de achtergrond van een stad
die aanvankelijk op sterven na dood lijkt. Na de opening van het Noordzeekanaal keert
de voorspoed echter terug. Er is altijd een goede balans tussen het familieleven, met elk
jaar weer nieuwe kinderen, en de noodzaak om de kost te verdienen. Voor 1850 leefden
opeenvolgende generaties in betrekkelijke armoede. De wereld van de betere standen was
ver weg. Het moderne kapitalisme heeft veel narigheid met zich meegebracht, maar deze
familiekroniek leert dat de stagnatie van het ancien regime nog veel erger was. Tenslotte
hebben de nazaten het initiatief van David auf der Masch weten te bekronen met een positie
in de gezeten burgerij.
Vincent van Rossem
Marjet Maks, Voor onze tijd. Kroniek van een Amsterdamse familie, Wormer (uitgeverij Noord-Holland) 2014. Prijs: € 34,95
(Uit: Binnenstad 270, mei/juni 2015)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.