Vóór restauratie | Na restauratie (foto Pancrast van der Vlist) |
Op de kaart van Balthasar Florisz. van Berckenrode uit 1625 is het pandje
herkenbaar terwijl het hoekerf nog onbebouwd was. In het Kohier van de tweehonderdste
penning van 1631 worden de erven van Jan Cornelis Molen als eigenaren genoemd. In 1706
werd het pand verbouwd en van een eenvoudige halsgevel voorzien terwijl de oude
gevelsteen weer een plek in de voorgevel kreeg, geflankeerd door twee jaartallinten met
‘ANNO’ en ‘1706’. Bij een uitbreiding in 1895 van het gebouw van de fa. De Vries en Van
Buuren aan de Jodenbreestraat, oorspronkelijk naast het Rembrandthuis, werden onder andere
de oude hoekpanden afgebroken en vervangen door de huidige bebouwing naar ontwerp van
architecten Cerlijn en De Haan. De gevelsteen met de molen werd in 1896 in de collectie van
Stedelijk Museum opgenomen, in het depot opgeborgen en later, met een aantal andere
gevelstenen, opgesteld in de Waag op de Nieuwmarkt, waar van 1926 tot 1969 het
Amsterdams Historisch Museum was gevestigd. In 1955 werden alle gevelstenen uit de Waag
overgebracht naar het depot in de kelder van het Rijksmuseum.
De molen op de gevelsteen is een z.g. open standerdmolen. Vier stevige gemetselde voeten,
de ‘teerlingen’, dragen de zware piramidevormige houtconstructie waar de centrale spil deel
van uitmaakt. Aan en om deze centrale spil hangt als het ware het gehele houten molenhuis
waarin op verschillende niveaus het maalwerk is ingebouwd. Om het molenhuis te bereiken en
om het geheel naar de wind te zetten was aan de achterzijde een stevige houten
ladderconstructie met staartbalk aangebracht waaraan tevens het kruihaspel was bevestigd.
Via het loopwerk in de molenkap kon een as met een hijstouw aangedreven worden om
zakken graan en meel in en uit de molen te hijsen. In de zijkanten van het molenhuis waren
ronde gaten uitgespaard, de zogenaamde windgaten. Wanneer de molenaar in zijn werkruimte
de wind door die gaten hoorde fluiten, was dat voor hem het teken dat de molen gekruid
moest worden. De wieken van de molen vertonen nog het oude model hekwerk waarvan de
roede zich in het midden bevindt.
In augustus 2007 is de gevelsteen weer teruggekeerd naar z’n oude plek, niet in de gevel aan
het Waterlooplein – daar was bouwtechnisch geen plaats – maar net om de hoek, aan de zijde
van de Zwanenburgwal. Het initiatief hiertoe kwam van de Vereniging van Eigenaren Het
Saskia Huys, de VVAG heeft bemiddeld, het Amsterdams Historisch Museum heeft de
gevelsteen in langdurig bruikleen aan de Vereniging van Eigenaren afgestaan en Wil Abels
heeft het reliëf weer toonbaar gemaakt en zorg gedragen voor het inmetselen.
Onno Boers
Literatuur:
H.W. Alings, “De gevelsteen als document IV” in: Ons Amsterdam 12de jg. (1960), pag. 89-93.
H. Besselaar, Molens van Nederland, pag. 64-70.
(Uit: Binnenstad 227, maart 2008)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.