![]() |
3-dimensionaal aangezicht van de nieuwbouw aan de Lijnbaansgracht |
De redenen daarvoor hoeven hier niet te
worden herhaald. Tot onze verrassing, en overigens ook tot verrassing van de gemeentelijke
vertegenwoordigers, was het eerste punt dat op de zitting naar voren kwam de vraag of de
vereniging wel ontvankelijk was in haar verzoek. Bepalend voor het antwoord op die vraag is
of de vereniging wel als een direct belanghebbende bij het besluit wordt aangemerkt. De
voorzieningenrechter zei dat zij daar, gezien de algemene formulering van de doelstellingen in
de statuten, twijfels over had. Al na een week bleek dat wij haar niet van haar twijfel hadden
kunnen verlossen. De vereniging werd niet ontvankelijk verklaard en daarmee bleef een
verdere inhoudelijke afweging achterwege. Tegen deze uitspraak is geen beroep mogelijk. De
voorzieningenrechter vond dat de nieuwbouw de stedenbouwkundige structuur niet aantast.
Verder overwoog de rechter “dat de statutaire doelomschrijving van de verzoekster (de
VVAB) in te algemene bewoordingen is gesteld om daaronder te kunnen begrijpen het object
van het omstreden besluit, te weten nieuwbouw.” Het eerste deel van de uitspraak vinden wij
onbegrijpelijk, gezien de zeer uitgebreide argumentatie die wij juist over de aantasting van de
stedenbouwkundige structuur hadden geleverd. Het tweede deel van de uitspraak is voor de
vereniging aanleiding om de formulering van de doelstelling in de statuten door juristen nog
eens kritisch te laten bekijken en de leden zo nodig voor te stellen die te wijzigen.
Tijdens de zitting bleek overigens dat de bouwvergunning op basis van het verkeerde
bestemmingsplan was afgegeven. Dat moet nog worden gecorrigeerd.
Na deze uitspraak kwam nog de hoorzitting namens het D.B. van het stadsdeel inzake het
bezwaar tegen de bouwvergunning.
Zoals viel te verwachten begon nu ook de gemeente met
het uitspreken van twijfel over de ontvankelijkheid. Zojuist is de uitspraak in die procedure
binnengekomen. Ook door het Dagelijks Bestuur zijn wij, op advies van de commissie, niet
ontvankelijk verklaard. De bouwvergunning is vervolgens gehandhaafd. Helaas heeft de
commissie geen woord gewijd aan onze grief dat het D.B. helemaal niets motiveert. Moeten
we nu maar naar de ombudsman? Wat betreft het verkeerde bestemmingsplan: het D.B. heeft
bij de heroverweging de bouwvergunning gebaseerd op het juiste bestemmingsplan.
Herman Pinkse
(Uit: Binnenstad 200, juni 2003.)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.