Het gaat hier om de steen die door Aryaan Harshagen ontworpen en uitgevoerd is. In het vorige jaar zijn op twee andere plaatsen in de binnenstad gevels verrijkt met een gevelsteen van dezelfde beeldhouwster. Deze Amstelveense kunstenares, die onder meer een gedenkteken in Wassenaar maakte ('De Pauwhof', in opdracht van de Overvoorde- Gordonstichting) en kunsttoepassingen uitvoerde voor de Openbare Bibliotheek in Groningen en het gemaal te Spaarndam, heeft in Groenekan (Kastanjelaan 2) al eerder werk gemaakt in de vorm van een gevelsteen. In het onderstaande wordt ingegaan op haar ontwerpen voor gevelstenen aan Amsterdamse panden.
![]() |
Gevelsteen met muzieklessenaars in het complex Binnen Vissersstraat |
Boven de deur van de achterhuizen van het complex Binnen Vissersstraat 9-19 treffen we ons eerste
voorbeeld aan. Het is een steen die verwijst naar de beroepsactiviteiten van de muziekstudenten die er
wonen. De steen is een geschenk van de heer J.M. Beek uit Apeldoorn.
Op de gevelsteen zijn in het middenveld muziekstandaards geplaatst. Aan de bovenkant wordt de
voorstelling afgesloten door een banderol met de notentekst van 'Viva la Musica'. De banderol overlapt
de omlijsting, waar aan de onderkant zich het jaartal bevindt, waarin het gebouw is opgeleverd en de
steen is geplaatst. De steen is gedeeltelijk beschilderd en van bladgoud voorzien.
Wanneer we de steen van Harshagen vergelijken met andere gevelstenen, dan zien we dat in dit
werkstuk het illustratieve - zo kenmerkend voor de meeste gevelstenen - niet vooropstaat. De
voorstelling is net zo belangrijk als de manier, waarop deze is uitgewerkt door middel van compositie,
kleur, plastische werking, keuze van de steensoort en het beeldende effect van de manier van
bewerken. Aan de hand van deze uitgangspunten zijn in 1997 en 1998 de twee andere werkstukken
gemaakt.
Het pand Leliegracht 54 heeft, nadat het volledig was uitgebrand, jarenlang in een bouwvallige
toestand verkeerd. Na lang durende bouwwerkzaamheden is het in 1997 opgeleverd. In het gebouw zijn
drie koopappartementen ondergebracht. De bewoners van deze appartementen hebben het gebouw de
naam Lelysluys gegeven. Een toepasselijke naam, omdat het bouwwerk vlakbij de plaats staat, waar
zich vroeger in de Leliegracht een sluis bevond.
Letters zijn het belangrijkste element van het ontwerp en bepaalden de vrij brede rechthoekige vorm
van de steen. Om de naam van het gebouw vanaf straatniveau goed leesbaar te doen zijn, is gekozen
voor letters van behoorlijk formaat. Ze zijn bovendien voorzien van bladgoud. Dit schittert als de zon
erop schijnt en blijft tevens goed helder tijdens donkere dagen. De letters zijn gecombineerd met een
eenvoudige 'voorstelling', waarin alleen de verbredingen van de lijst (aan onder- en bovenkant)
verwijzen naar de vorm van de sluis, zoals die nog steeds te zien is in de kaden van dit deel van de
Leliegracht. Letters en lijst liggen in één vlak dat niet uit de gevel naar voren komt.
De achtergrond is in basreliëf aangebracht en ruw weggehakt. Er ontstond een bobbelig oppervlak. Dit
oppervlak en de blauwe kleur, waarin het geschilderd is, verwijzen op een eenvoudige manier naar het
water in de gracht.
Op de Leliegracht is gekozen voor hardsteen die qua kleur (de omlijsting is niet gekleurd) mooi bij de
donkere kleur van de baksteen aansluit (in de Binnen Vissersstraat is een zandsteen gebruikt die door
zijn lichte kleur daar beter past).
De bewoners van het woonhuis nummer 441 aan de Keizersgracht, de heer en mevrouw Van Houten-
Merkelbach, wilden evenals de eigenaren van het pand Leliegracht hun huis een naam geven en deze
aanbrengen op de gevel. Zowel de bewoners als Monumentenzorg stelden als voorwaarde dat er geen
grote ingrepen mochten plaatsvinden in deze gevel die bestaat uit een zeventiende-eeuws
bovengedeelte, waarin vele ornamenten zijn opgenomen, en een in het begin van deze eeuw verbouwde
onderkant. Het was zaak om zowel een plaats als een vorm te vinden die goed aan zouden sluiten bij
het bestaande en de muur niet al te zeer zou beschadigen. De benaming is daarom niet aangebracht op
een steen (die het noodzakelijk zou maken dat een aantal bakstenen verwijderd moest worden), maar
op een bronzen reliëf dat tegen de muur is bevestigd. Het bevindt zich op het onderste gedeelte van de
gevel en steekt iets uit.
De vorm van het kader en de voorstelling verwijzen naar de guirlandes boven in het gebouw. In het
ontwerp van de nieuwe guirlande is gebruik gemaakt van houtspaanders en -krullen. Deze verwijzen
naar de naam van de huidige eigenaars èn van degene die het huis in de zeventiende eeuw heeft laten
bouwen.
De naam van het huis is in kleine letters aangebracht en op dusdanige manier vormgegeven dat deze
opgaan in het grotere geheel van de guirlande. In tegenstelling tot Lelysluys is de naam dus niet
prominent aanwezig. Dat was ook niet de bedoeling, omdat de naam (HOMERS END) iets
raadselachtigs behoorde te houden.
Bij ieder van de drie werkstukken valt op dat het geen slaafse navolgingen zijn van oudere voorbeelden, maar dat Harshagen erin is geslaagd om eigentijdse ontwerpen te maken die geraffineerd aansluiten bij de gevels, waarvoor ze bedoeld zijn.
Bob van Rossum
(Uit: Binnenstad 179, nov. 1999)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.