![]() |
Mogelijk toekomstig hoofdwegennet in de binnenstad, uit Periodieke rapportage binnenstad 1989 van de Dienst Ruimtelijke Ordening. |
Ruimtelijke Ordening heeft vastgesteld dat het zo
niet langer gaat. De trottoirs maken een rommelige
indruk, de geparkeerde auto's vormen een sta in de
weg en het verkeer laat te weinig ruimte over voor
de voetgangers. Het verblijfsklimaat op straat moet
aanzienlijk verbeterd worden. Het Damrak moet de
'rode loper' worden die het gemeentebestuur vanaf
het Centraal Station uitlegt om de bezoeker van
buiten welkom te heten.
Het autoverkeer op Rokin en Damrak zal worden
beperkt en tot één richting, van zuid naar noord,
worden teruggebracht. Vanaf de Munt dus alleen
richting Centraal Station en via Martelaarsgracht,
Spuistraat en Singel terug naar de Munt.
Bij de besprekingen van de Vendex-plannen (driehoek Kalverstraat/Heiligeweg/Singel) is o.a. door
de vertegenwoordiger van de Amsterdamse Raad
voor de Stadsontwikkeling naar voren gebracht dat
van 'opwaarderen' van het Singel geen sprake zal
zijn als het Singel de hoofdroute auto wordt, waarlangs het autoverkeer het stadshart zal verlaten.
Knelpunten zijn nu al te voorzien bij het Spui, de
Heiligeweg, de ingang/uitgang van de
Vendexparkeergarage, de kruising met de
Kalverstraat en met de Munt. De wethouder voor
het Verkeer heeft toegezegd dat een en ander nog
eens nader bestudeerd zal worden.
Ter verbetering van het verblijfsklimaat zal onder
het water van het Rokin een publieke parkeergarage
worden gebouwd met een optie op het gedempte
deel van het Rokin. Het parkeren op het 'maaiveld'
zal dan worden verboden. Ook in of op de plaats
van het Telecommunicatiegebouw achter het Paleis
op de Dam komt volgens de plannen een parkeergarage. Ook hier een optie voor een publieke
parkeergarage onder de N.Z. Voorburgwal, van de Paleisstraat tot ongeveer bij het Amsterdams
Historisch Museum. Als deze plannen gerealiseerd
zijn, is de capaciteit ongeveer 4,5 maal de parkeergarage van de Bijenkorf (500 auto's), en dan kan het
hele stadshart vrij van geparkeerde auto's zijn. Het
betreft zowel de auto's van de bewoners als die van
de bezoekers. Op een tentoonstelling over de binnenstad die tot l januari in de tentoonstellingsruimte
van de Stopera werd gehouden, waren deze plannen
al keurig ingetekend.
Ook in de Periodieke Rapportage Binnenstad Amsterdam (1989) wordt uitgegaan van het
realiseren van deze ingrijpende werken in of aan het stadshart: "Als stimulans om straten in
woongebieden aantrekkelijk te maken bestaat bij de regering de
gedachte om onder bepaalde voorwaarden aan gemeenten een premie te geven voor iedere auto die
van de openbare weg verdwijnt. Amsterdam kan hiervoor in aanmerking komen, want de gemeente
Amsterdam voert sinds kort als beleid: dat in gebieden van de binnenstad waar dit mogelijk is,
het parkeren zoveel mogelijk in garages plaats zal moeten vinden. In het stadshart - het gebied tussen
Nieuwe Zijds Voorburgwal en Damrak/Rokin - betekent dit dat het parkeren op het maaiveld in de toekomst
niet meer is toegestaan. Om dit te realiseren is een openbare parkeergarage in aanbouw bij het Open
Havenfront en komen er in ieder geval ook aan de
IJ-oevers en in de zone Nieuwezijds Voorburgwal Damrak-Rokin openbare parkeergarages.
Door te verwachten verdere groei van het aantal
inwoners en het autobezit zal het bewoners-parkeren een steeds grotere rol gaan spelen. Daardoor
kunnen conflicten ontstaan (voorzover zij nog niet
bestaan) met overige essentieel geachte gebruikers,
overdag, 's avonds en 's nachts. Dit zal moeten leiden tot herbezinning over de aard van het te
hanteren parkeer- en vergunningenregime". (Periodieke Rapportage Binnenstad 1989, blz. 148).
De conclusie is dat de financiering geen probleem
hoeft te zijn in verband met een nieuwe subsidieregeling. In verband met de zorg voor het milieu
komen subsidies van het rijk beschikbaar.
Van nog recenter datum zijn persberichten over de plannen om eveneens onder de N.Z. Voorburgwal
ondergronds railverkeer te realiseren. Aanvankelijk werd bij de plannen alleen uitgegaan van een
graafmethode op 30 meter onder het straatniveau (maaiveld). Theoretisch zou deze methode geen overlast
voor het bestaande verkeer en de bestaande bebouwing opleveren. Nu wordt in ieder geval al weer
voorzichtig gesuggereerd dat er ook minder diep kan worden gewerkt. De panden tussen
Beulingstraat en Beulingsloot lijken als eerste voorzichtig op een slooplijst geplaatst te zijn.
Nu de gemeenteraadsverkiezingen van 21 maart steeds dichterbij komen zouden alle politieke
partijen zich duidelijk moeten uitspreken over de uitgangspunten voor de binnenstad. De huidige
proefballonnen geven aan, in welke richting het eventueel
kan gaan. Bij de komende raadsverkiezingen worden wij geacht voor vier jaar ons vertrouwen te
geven. Meer duidelijkheid om een verantwoorde keuze te kunnen maken lijkt dringend geboden.
Bij een gelijktijdige realisering of een realisering
direct na elkaar van garages en ondiepe ondergrondse railverbindingen maken de kans dat na de
(stads)hartoperatie de patiënt is overleden, onwaarschijnlijk groot. M.i. passen deze plannen meer
in de geest van de jaren zestig (kaalslag) dan in die van de volgende eeuw (milieu), waarvoor wij
ons nu opmaken.
Frans Amende
(Uit: Binnenstad 119, okt. 1989)
Door in te loggen, kunt u ondermeer uw gegevens beheren. Alleen leden hebben een inlogaccount.
Er zijn momenteel nog geen reacties op dit artikel.
Alleen als u bent ingelogd, kunt u een reactie plaatsen.